bold = Main text
Chapter, Verse grey = Comment text
1 3, 4 | broeders hun raad geven in alle nederigheid en onderdanigheid, en mogen
2 5, 1 | 1 De eerste trap van nederigheid is gehoorzaamheid zonder
3 6, 7 | vraagt men het met alle nederigheid en eerbiedige onderdanigheid. ~
4 7 | Hoofdstuk 7 OVER DE NEDERIGHEID~ ~
5 7, 5 | de toppen van de hoogste nederigheid willen bereiken, als wij
6 7, 5 | waarnaar men opklimt langs de nederigheid in dit aardse leven, ~
7 7, 7 | hoogmoed afdaalt en door nederigheid omhoogklimt. ~
8 7, 9 | verschillende sporten van nederigheid en zelftucht ingevoegd,
9 7, 10| 10 De eerste trap van nederigheid bestaat hierin, dat men
10 7, 31| 31 De tweede trap van nederigheid bestaat hierin, dat men
11 7, 34| 34 De derde trap van nederigheid bestaat hierin, dat men
12 7, 35| 35 De vierde trap van nederigheid bestaat hierin, dat men
13 7, 44| 44 De vijfde trap van de nederigheid bestaat hierin, dat men
14 7, 49| 49 De zesde trap van nederigheid bestaat hierin, dat de monnik
15 7, 51| 51 De zevende trap van nederigheid bestaat hierin, dat men
16 7, 55| 55 De achtste trap van nederigheid bestaat hierin, dat de monnik
17 7, 56| 56 De negende trap van nederigheid bestaat hierin, dat de monnik
18 7, 59| 59 De tiende trap van nederigheid bestaat hierin, dat de monnik
19 7, 60| 60 De elfde trap van nederigheid bestaat hierin, dat de monnik,
20 7, 62| 62 De twaalfde trap van nederigheid bestaat hierin, dat de monnik
21 7, 62| lichaamshouding een uitdrukking is van nederigheid voor allen die hem zien: ~
22 7, 67| monnik al deze trappen van nederigheid beklommen heeft, zal hij
23 20, 1 | wij dit slechts doen met nederigheid en eerbied. ~
24 20, 2 | bidden met de grootste nederigheid en zuivere godsvrucht. ~
25 29, 2 | plaats om hierdoor zijn nederigheid te beproeven. ~
26 45, 2 | 2 omdat hij niet door nederigheid heeft willen goedmaken wat
27 47, 4 | 4 Het moet gebeuren met nederigheid, ernst en grote eerbied,
28 53, 6 | moet getuigen van grote nederigheid ten opzichte van alle gasten
29 57, 1 | zij hun ambacht in alle nederigheid beoefenen, wanneer de abt
30 58, 7 | voor de beproeving van zijn nederigheid. ~
31 60, 5 | een voorbeeld geven van nederigheid.~
32 65, 14| redelijke gronden en met nederigheid en de abt oordeelt het een
|