1-500 | 501-606
bold = Main text
Chapter, Verse grey = Comment text
501 58, 21 | uw woord en ik zal leven, en stel mij niet teleur in
502 58, 22 | herneemt dit vers drie maal en voegt er "Eer aan de Vader"
503 58, 23 | om hun gebed te vragen: en van die dag af wordt hij
504 58, 26 | terstond van zijn eigen kleren en kleedt men hem met de kleren
505 58, 27 | de kleedkamer opgeborgen en bewaard. ~
506 58, 28 | monnikskleed uitgetrokken en zet men hem buiten. ~
507 59, 1 | opdragen in het klooster en die jongen is nog minderjarig,
508 59, 2 | wikkelen zij deze oorkonde en de hand van de jongen in
509 59, 2 | jongen in de altaardwaal, en zo dragen zij hem op.~
510 59, 3 | dat zij hem nooit zelf, en ook nooit door bemiddeling
511 59, 5 | het klooster willen geven en houden zij het vruchtgebruik
512 59, 6 | hem zou kunnen misleiden en te gronde richten, wat hem
513 59, 8 | eenvoudig de oorkonde op en samen met de offerande dragen
514 60, 2 | 2 Maar als hij beslist en met volharding blijft aandringen,
515 60, 4 | de zegenbeden uitspreken en het slotgebed zeggen, maar
516 60, 7 | in het klooster toekomt, en niet die welke hem uit eerbied
517 60, 9 | de Regel te onderhouden en zich blijvend te vestigen.~ ~ ~
518 61, 1 | uit verre streken aankomt en als gast in het klooster
519 61, 2 | 2 en als hij genoegen neemt met
520 61, 2 | gebruiken die hij aantreft en geen stoornis teweegbrengt
521 61, 4 | hij op een redelijke wijze en met nederige liefde iets
522 61, 10 | 10 en omdat men overal dienaar
523 62, 3 | 3 en veroorlove zich niets tenzij
524 62, 4 | gehoorzaamheid aan de Regel en de kloostertucht te veronachtzamen,
525 62, 4 | veronachtzamen, maar meer en meer make hij voortgang
526 62, 6 | de keuze van de gemeente en de beschikking van de abt
527 62, 7 | regeling die voor de dekenen en de prioren is vastgesteld. ~
528 62, 10 | nog niet tot inkeer komt en er aan zijn schuld niet
529 62, 11 | zich niet wil onderwerpen en aan de Regel gehoorzamen.~ ~ ~
530 63, 1 | intrede, hun verdiensten en de beschikking van de abt. ~
531 63, 2 | niet in verwarring brengen en onrechtvaardige maatregelen
532 63, 2 | treffen alsof hij kan doen en laten wat hij wil, ~
533 63, 3 | hij van al zijn oordelen en daden aan God rekenschap
534 63, 4 | naderen zij voor de vredekus en voor de Communie, heffen
535 63, 4 | heffen zij de psalmen aan en staan zij in het koor. ~
536 63, 6 | 6 want Samuël en Daniël hebben ondanks hun
537 63, 12 | noemen hun jongeren "broeder" en de jongeren hun ouderen "
538 63, 13 | beschouwd wordt, wordt "Heer" en "Abt" genoemd, niet omdat
539 63, 13 | maken, maar uit eerbied en liefde voor Christus. ~
540 63, 14 | zich dit goed bewust zijn en zich zó gedragen, dat hij
541 63, 16 | langskomt, staat de jongere op en biedt hem zijn plaats aan:
542 63, 16 | biedt hem zijn plaats aan: en de jongere gaat niet opnieuw
543 63, 18 | 18 Kleine kinderen en jonge monniken moeten in
544 63, 18 | monniken moeten in het koor en aan tafel in goede orde
545 63, 19 | 19 Maar buiten en overal elders wordt er op
546 63, 19 | elders wordt er op hen gelet en staan zij onder toezicht,
547 64, 2 | Een goede levenswandel en een onderricht dat van wijsheid
548 64, 4 | 4 en dit wangedrag zou op een
549 64, 4 | plaats ligt, of aan de abten en christenen uit de buurt, ~
550 64, 5 | kwaadwilligen doorgang vindt, en dienen zij aan het huis
551 64, 6 | onzelfzuchtige bedoelingen en uit ijver voor God, zoals
552 64, 7 | hij op zich genomen heeft en aan wie hij rekenschap zal
553 64, 9 | kennis bezit om daaruit nieuw en oud naar voren te brengen.
554 64, 9 | hij onbaatzuchtig, matig en barmhartig zijn, ~
555 64, 10 | 10 en altijd late hij de barmhartigheid
556 64, 12 | voorzichtig te werk gaan en vermijde hij iedere overdrijving,
557 64, 13 | broosheid altijd indachtig zijn, en bedenken, dat men het geknakte
558 64, 14 | hij moet ze met beleid en liefde uitroeien op een
559 64, 17 | 17 Omzichtig en bezonnen geeft hij zijn
560 64, 17 | geeft hij zijn bevelen, en of de opdracht die hij geeft
561 64, 17 | moet hij met onderscheiding en met mate te werk gaan ~
562 64, 18 | 18 en denken aan de gematigdheid
563 64, 19 | 19 Laat hij deze en andere voorbeelden van gematigdheid,
564 64, 19 | deugden is, ter harte nemen en alles met zoveel maatgevoel
565 64, 19 | iets te verlangen blijft, en de zwakken niet worden afgeschrikt. ~
566 65, 2 | de tweedracht in het hand en doen verdeeldheid ontstaan
567 65, 3 | aangesteld door dezelfde bisschop en dezelfde abten, die ook
568 65, 8 | 8 en doordat de abt en de prior
569 65, 8 | 8 en doordat de abt en de prior het oneens zijn
570 65, 11 | het behoud van de vrede en de liefde, dat de abt naar
571 65, 14 | erom op redelijke gronden en met nederigheid en de abt
572 65, 14 | gronden en met nederigheid en de abt oordeelt het een
573 65, 20 | uit zijn ambt van prior en wordt een ander, die dat
574 65, 21 | zich daarna nog niet rustig en gehoorzaam betoont in de
575 65, 22 | het vuur van de afgunst en de naijver zijn ziel in
576 66, 1 | klooster wordt een oude en wijze monnik geplaatst,
577 66, 1 | een boodschap aan te nemen en antwoord te geven, en die
578 66, 1 | nemen en antwoord te geven, en die bezadigd genoeg is om
579 66, 4 | 4 en met de volmaakte zachtmoedigheid,
580 66, 6 | water, een molen, een tuin en de verschillende werkplaatsen
581 67, 1 | gebed van alle broeders en van de abt, ~
582 67, 2 | 2 en in het laatste gebed van
583 67, 4 | 4 en allen om hun gebed vragen
584 67, 7 | het klooster te verlaten en zo maar ergens heen te gaan,
585 68, 1 | met alle zachtmoedigheid en gehoorzaamheid aanvaarden. ~
586 68, 2 | boven gaat, kan hij geduldig en tactvol aan zijn meerdere
587 68, 4 | overste bij zijn inzicht en bevel blijft, dan wete de
588 68, 5 | 5 en gehoorzame hij uit liefde
589 68, 5 | gehoorzame hij uit liefde en vertrouwend op Gods hulp.~ ~ ~
590 70, 4 | jaar onder het toezicht en de hoede van iedereen, ~
591 70, 5 | met veel gevoel voor maat en redelijkheid.~
592 70, 6 | monniken iets veroorlooft, en zelfs wie zich tegenover
593 71, 3 | vanzelfsprekend voorrang - en wij willen niet dat persoonlijke
594 71, 4 | broeders met grote liefde en bereidwilligheid gehoorzamen. ~
595 71, 8 | diens voeten neerwerpen en zo lang in die houding blijven
596 72, 1 | die van God verwijdert en naar de hel voert, ~
597 72, 2 | van de ondeugd verwijdert en naar God voert en naar het
598 72, 2 | verwijdert en naar God voert en naar het eeuwig leven. ~
599 72, 10 | beminnen zij met een oprechte en nederige genegenheid. ~
600 73, 1 | enigermate eerzaam leven en een begin gemaakt hebben
601 73, 3 | geïnspireerde Schriften van het Oude en Nieuwe Testament is geen
602 73, 5 | Vaders, hun Instellingen en hun levensbeschrijvingen
603 73, 5 | hun levensbeschrijvingen en ook nog de Regel van onze
604 73, 6 | deugdenleven van goed levende en gehoorzame monniken. ~
605 73, 7 | ons, trage, slechtlevende en nalatige monniken doen ze
606 73, 9 | hogere toppen van wijsheid en deugd bereiken, waarop wij
1-500 | 501-606 |