Chapter, Verse

 1  11, 1 |                            1  's Zondags staat men vroeger
 2  11, 11|  gehele jaar door van kracht, 's zomers zowel als 's winters; ~
 3  11, 11|   kracht, 's zomers zowel als 's winters; ~
 4  13, 4 |                            4  's maandags psalm 5 en 35, ~
 5  13, 5 |                            5  's dinsdags psalm 42 en 56, ~
 6  13, 6 |                            6  's woensdags psalm 63 en 64, ~
 7  13, 7 |                            7  's donderdags psalm 87 en 89, ~
 8  13, 8 |                            8  's vrijdags psalm 75 en 91, ~
 9  13, 9 |                            9  's zaterdags psalm 142 en dan
10  16, 5 |   Vespers en de Completen, en 's nachts moeten wij opstaan
11  24, 6 |      het negende uur, dan hij 's avonds, en dit ~
12  35, 7 |        gaat beëindigen, houdt 's zaterdags schoonmaak: ~
13  35, 15|        beëindigen werpen zich 's zondags onmiddellijk na
14  41, 1 |      zesde uur en krijgen zij 's avonds nog een avondmaal. ~
15  47, 1 |     het werk Gods, overdag en 's nachts, heeft de abt zorg
16  48, 3 | verrichten de broeders als ze 's morgens de primen verlaten
17  48, 14|    vasten houden zij zich van 's morgens vroeg tot aan het
18  55, 5 |                            5  's winters een ruige kovel, '
19  55, 5 |      winters een ruige kovel, 's zomers een gladde of versletene -, ~