bold = Main text
Chapter, Verse grey = Comment text
1 1, 11| en hun onmatige zucht tot eten, en zijn in alle opzichten
2 4, 36| niet onmatig zijn bij het eten,~
3 24, 6 | bijvoorbeeld op het zesde uur eten, eet hij op het negende
4 24, 6 | negende uur; als de broeders eten op het negende uur, dan
5 25, 6 | de zegenwens, en ook het eten dat hij ontvangt wordt niet
6 36, 9 | 9 Zelfs het eten van vlees kan aan heel zwakke
7 37, 3 | vastgestelde uren laten eten.~ ~ ~
8 38, 6 | 6 Wat zij bij het eten en drinken nodig hebben,
9 39, 2 | misschien van het ene niet kan eten, zijn maaltijd kan doen
10 41 | UREN DE BROEDERS MOETEN ETEN~ ~
11 41, 1 | Paasfeest af tot Pinksteren eten de broeders op het zesde
12 41, 2 | woensdag en vrijdag wachten met eten tot het negende uur. ~
13 41, 6 | altijd op het negende uur eten. ~
14 41, 7 | veertigdaagse vasten tot Pasen eten zij tegen de avond; ~
15 43, 18| iets - wat dan ook - te eten of te drinken. ~
16 48, 13| 13 De tijd na het eten benutten zij om hun lessen
17 49, 5 | gebeden en onthouding in eten en drinken. ~
18 51, 1 | om buiten het klooster te eten, zelfs niet als iemand hem
19 58, 5 | zij onderricht ontvangen, eten en slapen.~
|