Frequency - Word Form
   2 zaak
   1 zacht
   1 zachtaardige
   2 zachtmoedigheid
   1 zag
   1 zakdoek
   3 zaken
  49 zal
   1 zalf
   1 zalig
   2 zanger
   2 zaterdags
  55 ze
   3 zeer
   1 zeerste
   1 zeg
  12 zegen
   1 zegenbeden
   2 zegenen
   1 zegeningen
   1 zegenwens
  33 zeggen
   1 zeggende
  47 zegt
   1 zei
   1 zeide
   2 zeiden
   3 zeker
   2 zekere
   1 zelden
  27 zelf
  25 zelfs
   1 zelftucht
   4 zelfverheffing
   6 zes
   6 zesde
   2 zet
   2 zeven
   1 zevende
   2 zevenmaal
 135 zich
  17 zichzelf
   1 zie
   4 ziek
   4 zieke
   1 ziekelijk
  10 zieken
   1 ziekenverpleger
  10 ziel
  10 zielen
   6 zien
   6 ziet
 150 zij
 359 zijn
   2 zijne
   1 zijnen
   2 zijt
   1 zilver
   2 zin
   6 zingen
  16 zingt
   2 zit
   4 zitten
  53 zo
   7 zó
  39 zoals
   1 zodanig
   1 zodanige
  27 zodat
   1 zodoende
  14 zodra
   1 zoek
   1 zoeke
   2 zoeken
   4 zoekt
   1 zogenaamde
   1 zojuist
   6 zolang
   5 zomer
   2 zomers
   2 zondaar
  14 zondag
   1 zondagen
   2 zondags
   5 zonde
   7 zonden
  45 zonder
   2 zondigen
   3 zonen
   1 zonsondergang
   4 zoon
  21 zorg
   2 zorgen
   2 zorgvuldig
   1 zorgzaam
  30 zou
  10 zouden
   1 zoudt
   5 zoveel
   9 zowel
   1 zucht
   1 zuchten
   1 zuiver
   1 zuivere
   1 zuiveren
   2 zuiverheid
   1 zulk
  13 zullen
   2 zult
   3 zwaar
   2 zwaarte
   2 zwak
   3 zwakheden
   4 zwakheid
   3 zwakke
   3 zwakken
   4 zware
   1 zweren
   2 zwerven
   2 zwijgen
   1 zwijgend
   2 zwijgzaamheid