Frequency - Word Form
   1 onhandelbaar
   1 openbaar
   1 wonderbaar
   1 dienstbaar
  13 daar
   1 vandaar
   2 zondaar
   9 haar
   4 jaar
  21 elkaar
   3 klaar
 144 maar
  48 naar
   1 dienaar
   6 kellenaar
   1 tollenaar
   1 lessenaar
   1 waarnaar
   1 ernaar
   1 leraar
   3 altaar
   1 gevaar
  17 waar
   1 voorwaar
   1 weliswaar
   3 zwaar
  99 er
   3 september
   3 november
   1 sober
   7 der
   1 nader
  20 vader
   1 huisvader
   3 ladder
  14 ieder
   2 moeder
  29 broeder
   3 arbeider
   1 verwijder
   1 milder
  27 ander
   1 elkander
   1 eender
  12 minder
  21 onder
   2 waaronder
  45 zonder
   6 bijzonder
   2 eerder
   5 herder
  18 verder
   1 bestuurder
  14 eer
  62 heer
   1 geneesheer
   2 keer
   1 terugkeer
   4 inkeer
   4 leer
   1 vooraleer
   6 veeleer
  28 meer
   2 méér
   3 neer
  37 wanneer
   1 ongeveer
  26 weer
   3 zeer
   1 hoezeer
   1 ziekenverpleger
   2 vroeger
   2 vertegenwoordiger
   1 gevoeliger
   4 langer
   2 zanger
   1 jonger
   1 hoger
   1 erger
   1 lastdier
   4 hier
  10 manier
   2 portier
  13 vier
   2 wier
   1 beker
   1 kwaadspreker
   3 zeker
   1 aanlokkelijker
   1 rijker
   1 talrijker
   1 voorraadkamer
   1 kleedkamer
   3 kleerkamer
   5 zomer
   1 boosdoener
   2 bewoner
   1 richtsnoer
   3 uitvoer
   2 per
   1 goedkoper
   2 schepper
   2 gemopper
  14 ter
   4 later
   2 water
   8 beter
   1 achter
  16 echter
   1 slechter
   1 rechter
   1 nuchter
   1 karakter
   1 splinter
   2 winter
   1 groter
   8 meester
   3 priester
   1 luister
   1 gefluister
   1 verkwister
  71 klooster
   2 pletter
   1 nauwgezetter
   3 ver
   1 gever
   1 lastgever
   3 liever
   1 zuiver
   9 ijver
   2 naijver
   1 zilver
  84 over
   2 tegenover
   2 waarover
   1 hierover
   3 lezer
  10 prior
   3 oor
 112 door
   2 waardoor
   2 erdoor
   1 hierdoor
   1 gehoor
  16 koor
   1 spoor
 183 voor
  11 vóór
   2 daarvoor
   4 ervoor
   4 hiervoor
   2 deur
   1 teleur
   1 kleur
  33 uur
   2 natuur
   1 bestuur
   3 vuur
   1 hellevuur