Hoofdstuk 42 DAT NA DE COMPLETEN NIEMAND MAG SPREKEN
1 Op
ieder tijdstip moeten de monniken het stilzwijgen beoefenen, maar vooral
gedurende de uren van de nacht.
2 Voor
iedere tijd geldt daarom, al naar gelang het een vastendag is of een dag met
middagmaal de volgende regeling.
3 Op
een dag met middagmaal, gaan de broeders, zodra zij van het avondmaal zijn
opgestaan, bij elkaar zitten en een van hen leest de "Gesprekken" of
de "Levens der Vaders" of iets anders dat de toehoorders kan
stichten.
4 Maar
niet de Heptateuch of de boeken van de Koningen, omdat het voor zwakke hoofden
niet goed zou zijn dit deel van de Schrift op dat uur te horen; ze worden wel
op andere uren gelezen.
5 Als
het daarentegen een vastendag is, gaan zij, zodra de vespers geëindigd zijn, na
een korte tussenpoos onmiddellijk de lezing van de "Gesprekken"
bijwonen, zoals wij reeds gezegd hebben.
6 Men
leest vier of vijf bladzijden of zoveel de tijd toelaat.
7 Tijdens
deze wat langere lezing voegt ieder, die nog bezig was met een opgedragen werk,
zich bij de anderen.
8 Als
allen bijeen zijn, worden de Completen gezongen, en wanneer deze Completen
geëindigd zijn is het niemand meer toegestaan om nog iets te zeggen.
9 Als
iemand erop betrapt wordt inbreuk te maken op deze regel van het stilzwijgen,
wordt hij streng gestraft,
10 behalve
wanneer de zorg voor de gasten dit meebrengt of wanneer de abt misschien iemand
nog een of andere opdracht zou moeten geven.
11 Maar
ook dat moet dan gebeuren met de grootste ernst en eerbiedige bescheidenheid.
|