Chapter, Paragraph
1 Inl,1 | aan elk schepsel de goede boodschap te verkondigen" (Mc 16,15).~
2 Inl,1 | vijfhonderd jaar geleden de boodschap van het evangelie voor het
3 I,9 | worden geroepen om de Blijde Boodschap te verkondigen en een speciale
4 I,11(19) | Latijns-Amerikaans episcopaat, Boodschap aan het Latijns-Amerikaanse
5 II,18 | is "om aan armen de goede boodschap te brengen" (Lc 4,18). Wordt
6 II,18 | zichtbaar wordt als de Blijde Boodschap meegedeeld wordt aan mensen
7 II,23 | hetgeen ik schreef in de Boodschap voor de Internationale Dag
8 II,23(63) | Johannes Paulus II, Boodschap ter gelegenheid van de viering
9 III,26 | Heb geloof in de goede boodschap" (Mc 1,15). Met deze woorden
10 V,63 | daardoor in strijd met de boodschap van het evangelie. Tegenover
11 VI,66 | uitgenodigd voelen om de Blijde Boodschap van het Koninkrijk te verkondigen.
12 VI,66 | verkondiging van de blijde boodschap, met andere woorden, evangelisatie (
13 VI,67 | Jezus Christus, ‘de blijde boodschap’ en eerste evangelieverkondiger~
14 VI,67 | Jezus Christus is de ‘blijde boodschap’ van het heil dat geschonken
15 VI,67(248)| Johannes Paulus II, Boodschap aan de celam (14 september
16 VI,67 | gezalfd. Om aan armen de goede boodschap te brengen heeft Hij mij
17 VI,68 | Hij heeft geleefd, zijn boodschap aanvaarden, zijn wijze van
18 VI,71 | Jezus Christus en aan zijn boodschap, zoals de Kerk dat in haar
|