De ontmoeting
met Christus betekent een aansporing tot evangelieverkondiging
68. De ontmoeting met Christus
brengt een grote verandering teweeg in allen die zich niet voor Hem afsluiten.
Het eerste waartoe men zich door deze ommekeer gedrongen voelt, is de drang om
de bij deze ontmoeting ontdekte rijkdom aan anderen mee te delen. Het betekent
niet alleen dat we hun de kennis doorgeven die we zelf hebben verworven, maar
ook dat we, zoals de Samaritaanse vrouw, ervoor zorgen dat anderen Jezus persoonlijk
ontmoeten: "Kom eens kijken" (Joh 4,29). Het resultaat zal hetzelfde
zijn als wat er in het hart van de Samaritanen gebeurde, die tegen de vrouw
zeiden: "Nu geloven we niet meer op grond van wat jij verteld hebt; we
hebben Hem zelf gehoord en nu weten we: dit is werkelijk de redder van de
wereld" (Joh 4,42). De Kerk die leeft vanuit de blijvende en
geheimnisvolle aanwezigheid van haar verrezen Heer, heeft als kernopdracht
"alle mensen tot de ontmoeting met Christus te brengen".253
Ze is geroepen om te verkondigen
dat Christus waarlijk de Levende is, de Zoon van God die mens werd, stierf en
opstond uit de dood. Hij is de enige Heiland van alle mensen en van ieder
persoonlijk en, als Heer van de geschiedenis is Hij door zijn Geest tot aan het
einde der tijden steeds werkzaam in Kerk en wereld. Door deze aanwezigheid van
de Verrezene in de Kerk wordt het mogelijk Hem te ontmoeten, dankzij de
onzichtbare werking van zijn leven gevende Geest. Deze ontmoeting komt tot
stand in het geloof dat in de Kerk, het mystieke lichaam van Christus,
geschonken en beleefd wordt. De ontmoeting met Christus heeft dan ook een
wezenlijk kerkelijke dimensie en leidt tot een levensverbintenis. Inderdaad,
"de levende Christus ontmoeten betekent ingaan op de liefde waarmee Hij
ons het eerst bemint, Hem kiezen, in vrijheid zich hechten aan zijn persoon en
zich aansluiten bij zijn plan, om namelijk het koninkrijk van God aan te
kondigen en te vestigen".254
De uitnodiging wekt op tot het
zoeken van Jezus: "‘Rabbi (dat betekent: meester), waar houdt U uw
verblijf?’ Hij antwoordde: ‘Kom mee en je zult het zien.’ Ze gingen mee, en
zagen waar Hij zijn verblijf hield. En ze verbleven die dag bij Hem" (Joh
1,38-39). "Dit ‘verblijven’ blijft niet beperkt tot de dag van iemands
roeping maar strekt zich uit tot heel zijn leven. Hem volgen betekent leven
zoals Hij heeft geleefd, zijn boodschap aanvaarden, zijn wijze van oordelen
overnemen, kiezen voor zijn lot, delen in wat Hem voor ogen stond, het plan
namelijk van de Vader iedereen uit te nodigen tot de communio met de
Drie-eenheid en de communio met onze broeders en zusters in een rechtvaardige
en solidaire samenleving." 255 Vanuit het vurig verlangen, anderen
uit te nodigen om Hem te leren kennen die wij ontmoet hebben, spruit de
opdracht voort om het evangelie te verkondigen, een opdracht die bestemd is
voor de gehele Kerk, maar bijzonder van toepassing is voor Amerika, na de
viering van de vijfhonderdste verjaardag van de eerste evangelieverkondiging,
en terwijl we ons opmaken om dankbaar de komst te herdenken van de enige Zoon
van God in de wereld, tweeduizend jaar geleden.
|