Boetvaardigheid
en verzoening
32. De bekering (metanoia)
waartoe iedere mens geroepen is, leidt tot het aanvaarden en zich eigen maken
van de nieuwe geesteshouding die door het evangelie wordt voorgehouden. Daartoe
moeten we afzien van onze wereldse wijze van denken en handelen die maar al te
vaak ons gedrag bepaalt. Zoals de heilige Schrift zegt moet de oude mens
sterven en de nieuwe mens geboren worden, dat wil zeggen dat iedere mens
"wordt vernieuwd tot het ware inzicht, naar het beeld van zijn
schepper" (Kol 3,10). Op deze weg van bekering en zoeken naar heiligheid
is het zeer aan te bevelen, gebruik te maken van "de ascetische middelen
die in de Kerk steeds gebruikelijk zijn geweest, en waarvan het sacrament van
de verzoening, met de vereiste gesteldheid ontvangen en gevierd, het
voornaamste is".92 Alleen iemand die met God verzoend is kan waarachtige
verzoening bewerken met en onder zijn broeders en zusters.
De huidige crisis van het sacrament
van de verzoening, waarvoor ook de Kerk in Amerika niet gespaard is, en
waarover ik reeds in het begin van mijn pontificaat mijn zorg heb uitgesproken,
93 zal overwonnen kunnen worden door volhardende en geduldige pastorale
arbeid. Terecht vragen de Synodevaders dat op dit punt "de priesters de
nodige tijd besteden aan het bedienen van het sacrament van de verzoening, en
dat zij met aandrang en kracht de gelovigen uitnodigen het te ontvangen, maar
dat niet minder ook de geestelijke herders zelf niet nalaten vaak te
biechten".94 Bisschoppen en priesters ervaren persoonlijk de
geheimvolle ontmoeting met Christus die vergiffenis schenkt in het sacrament
van de verzoening, en ze zijn bij uitstek de getuigen van zijn barmhartige
liefde.
De katholieke Kerk die mannen en
vrouwen verzamelt "uit alle rassen en stammen en volken en talen"
(Apk 7,9), is geroepen om "in een wereld die gekenmerkt wordt door ideologische,
etnische, economische en culturele verdeeldheden het levend teken te zijn van
de eenheid van de mensenfamilie".95 In de veelheid van volkeren en
de verscheidenheid van etnische groepen, en ook in de kenmerkende trekken van
het gehele continent, vertoont Amerika vele verschillen waaraan men niet mag
voorbijgaan, maar waaraan aandacht moet worden besteed. Door effectief te
streven naar onderlinge eenheid tussen de leden van het volk Gods binnen een
bepaalde natie, en tussen de leden van de particuliere Kerken van de
verschillende naties, zullen bestaande verschillen een bron kunnen zijn van
wederzijdse verrijking. Zoals de Synodevaders zeer terecht opmerken, "is
het zeer belangrijk dat de Kerk in Amerika het levend teken zij van verzoende
communio, een voortdurende uitnodiging tot solidariteit, een steeds aanwezig
getuigenis in onze verschillende politieke, economische en sociale
systemen".96 Dat is een belangrijke bijdrage die de gelovigen aan
de eenheid van het Amerikaans continent kunnen leveren.
|