bold = Main text
Chapter, Paragraph grey = Comment text
1 1,19 | kerkelijke bediening wijden maar een vergoeding ontvangen
2 1,21 | heilige wijding nooit nietig. Maar de clericale staat kan worden
3 2,28 | mysterie te voltrekken, maar, van de ene kant, effectief
4 2,29 | op eigen wijze kan vieren maar behoren tot het universele
5 2,30 | wordt gevraagd zonder ook maar iets op eigen initiatief
6 2,33 | en liturgische problemen, maar ook tot problemen van persoonlijke
7 2,35 | nooit een prive-handeling maar altijd een eigen handeling
8 2,36 | begrafenisritus voor te gaan. 108~Maar mocht er een priester aanwezig
9 2,37 | dezelfde pastorale functies110 maar oefent ze op een andere
10 2,37 | in Christus' naam dienen. Maar juist daarom dienen zij
11 2,38 | is om gediend te worden, maar om te dienen." 114 Door
12 2,39 | diaken in beslag nemen, maar tezamen vormen zij een eenheid
13 2,39 | individuele werk van een diaken, maar deze drie bedieningen zijn
14 3,43 | van de zonde is geraakt, maar door de kruisdood en verrijzenis
15 3,44 | gekomen om gediend te worden, maar om te dienen en zijn leven
16 3,45 | werken van liefdadigheid, maar heel zijn denken en handelen
17 3,45 | dienaren Gods" te zijn, maar ook dienaren Gods in hun
18 3,49 | sporen van de zonde draagt, maar geroepen is tot gemeenschap
19 3,49 | gelooft niet verloren gaat, maar eeuwig leven bezit" (Joh
20 3,50 | dragen uit eigen kracht, maar alleen als ze verbonden
21 3,50 | de diaken is een boeiende maar harde onderneming, vol voldoening
22 3,50 | vol voldoening en vruchten maar ook vaak blootgesteld aan
23 3,51 | voor het geestelijk leven, maar begunstigt de theologale
24 3,52 | betreffende de geloofsbelijdenis maar ook aangaande de leer van
25 3,58 | de kop op zullen steken, maar ook tot het maken van de
26 3,59 | alleen ongehuwde mannen, maar ook mannen die in het huwelijkssacrament
27 3,60 | een vlucht uit de wereld, maar vooral een geprivilegieerde
28 3,60 | een eschatologisch teken, maar heeft ook grote sociale
29 3,60 | eigen krachten vertrouwen, maar moeten steeds de geest van
30 3,60 | geest wel van goede wil is, maar het vlees zwak" (Mt 26,41);
31 3,61 | de kerkelijke gemeenschap maar binnen de hele samenleving.
32 4,65 | inzet van ieder van hen. Maar deze vorming kan niet worden
33 4,65 | cursussen, studiedagen e.d. maar vereist dat elke diaken
34 4,66 | dienstbaarheid te overwinnen, maar, daaraan nog voorafgaand,
35 4,67 | de tijd brengen nastreven maar moet er op uit zijn gemakkelijker
36 4,69(205)| diakens van spijzen en dranken maar bedienaars van de kerk van
37 4,72 | theologische kennis te vervolmaken maar ook om voortdurend opnieuw
38 4,74 | vorming van de diakens. Maar men moet de vormingsinstrumenten
|