Voor de toepasselijke bepalingen zij
derhalve naar het particulier recht verwezen.
16. Inzoverre clerici actief en concreet aan de kerkelijke
bediening zijn toegewijd, hebben zij recht op levensonderhoud, dat bestaat in
"een passende vergoeding"36 en sociale bijstand. 37
Met betrekking tot gehuwde diakens bepaalt het Wetboek van
Canoniek Recht als volgt: "Gehuwde diakens die zich volledig aan de
kerkelijke bediening wijden, verdienen een vergoeding te ontvangen waarmee zij
in hun eigen onderhoud en in dat van hun gezin kunnen voorzien; wie evenwel op
grond van een burgerlijk beroep dat zij uitoefenen of uitgeoefend hebben, een
vergoeding krijgen, dienen uit de hieruit verkregen inkomsten voor zichzelf en
de behoeften van hun gezin te zorgen." 38 Bij het vaststellen dat
de vergoeding 'adequaat' moet zijn gelden ook als maatstaven: de persoonlijke
levenssituatie, de aard van het uitgeoefende ambt, omstandigheden van plaats en
tijd, de levensbehoeften van de bedienaar (indien gehuwd, inclusief die van
zijn gezin), rechtvaardige betaling van mensen die eventueel in zijn dienst
hebben gestaan. Daarbij gaat het om algemene criteria die op alle clerici
worden toegepast.
Om te voorzien in het "levensonderhoud van de clerici
die in dienst zijn van het bisdom", moet er in elke particuliere kerk een
speciale instelling worden opgericht ten einde "goederen of vrijwillige
bijdragen bijeen te brengen".39
Tenzij anders voorzien wordt de sociale bijstand ten behoeve
van clerici aan een andere daarvoor bestemde instelling toevertrouwd. 40
|