Chapter, Verse
1 3, 30| en uw vijanden hebt gij behouden; en gij hebt dat niet te
2 6, 25| ik u gezegd heb, die zal behouden worden, en zal mijn zaligheid
3 6, 32| gij van de jeugd aan hebt behouden.~
4 6, 42| hebt gij droog gemaakt en behouden, opdat er zouden zijn die
5 8, 3 | geschapen, maar weinigen worden behouden.~
6 8, 14| gemakkelijk te ordineren, dat behouden worde hetgeen gemaakt is.~
7 8, 41| gezaaid zijn niet worden behouden, noch alle, die geplant
8 8, 41| gezaaid zijn, worden niet behouden.~
9 9, 7 | geschieden dat een iegelijk, die behouden zal worden, en die door
10 9, 15| die verloren gaan, dan die behouden worden, gelijk de watergolf
11 9, 21| wijnbezie van een druiftak behouden, en een planting uit vele
12 9, 22| wijnbezie en mijn planting behouden worden, want ik heb ze met
13 11, 9 | nu zullen tot het laatste behouden worden.~
14 12, 21| naderen, zo zullen de vier behouden worden in die tijd, als
15 12, 21| zullen tot het einde toe behouden worden.~
16 12, 30| het die de Allerhoogste behouden heeft tot op het einde,
17 12, 32| Allerhoogste tot het einde toe behouden heeft, tegen hen en hun
18 12, 38| verborgenheden kunnen vatten en behouden.~
19 14, 34| laat, zo zult gij levend behouden worden, en na de dood zult
20 14, 46| zeventig boeken zult gij behouden, opdat gij die de wijzen
|