Chapter, Verse

 1   1, 11|         in het oosten heb ik de volken van twee provinciën, van
 2   1, 24|     Juda. Ik zal mij tot andere volken keren, en zal hun mijn naam
 3   3, 7 |      nakomelingen. En daar zijn volken voortgekomen, en stammen,
 4   3, 12| kinderen verkregen, en tot vele volken en natiën werden, dat zij
 5   5, 5 |      zal zijn stem geven, en de volken zullen bewogen worden.~
 6   5, 27|       uit alle vermenigvuldigde volken hebt gij u een volk verkregen,
 7   6, 48|      wenk bevolen had, opdat de volken daarin uw wonderen zouden
 8   6, 56|               56 Doch de andere volken, die van Adam ook geboren
 9   6, 57|         57 En nu Here, ziet die volken, welke als niets geacht
10   9, 3 |        worden, en beroerten der volken,~
11  12, 42|   alleen voor ons over uit alle volken als een druiftak van de
12  13, 33|              33 En wanneer alle volken zijn stem zullen horen,
13  13, 37|       dingen bestraffen, die de volken uitgevonden hebben, namelijk
14  13, 49|    menigte dergenen, die uit de volken vergaderd zijn, dat hij